
De eenoudertoeslag voor alleenstaande ouders
Zorg je als ouder alleen voor je kinderen? Heb je het bovendien financieel moeilijk? Dan ontvang je de eenoudertoeslag wanneer je kinderen geboren zijn voor 1 januari 2019 en die het hoogste basisbedrag ontvangen. Zijn je kinderen op of na deze datum geboren, dan krijg je de algemene sociale toeslag als extra financiële steun bovenop je Groeipakket.
Wanneer heb je recht op de eenoudertoeslag?
Wanneer kom je niet in aanmerking voor een toeslag als alleenstaande ouder?
Hoeveel bedraagt de eenoudertoeslag?
Wat als je kind geplaatst werd?
Hoe vraag je de toeslag als alleenstaande ouder aan?
Met welke belastbare beroepsinkomsten en uitkeringen houden we rekening bij het bepalen van de toeslag?
Wanneer ontvang je de eenoudertoeslag?

Wanneer heb je recht op de eenoudertoeslag?
Je moet voldoen aan volgende drie voorwaarden om recht te hebben op een extra toeslag als alleenstaande ouder:
- Je mag niet samenwonen of een feitelijk gezin vormen.
- Je jaarlijkse bruto belastbare gezinsinkomen mag niet hoger liggen dan € 31.605,89 .
- Je ontvangt een vastgeklikt bedrag van € 259,49 voor kinderen geboren voor 1 januari 2019.
Wanneer kom je niet in aanmerking voor een toeslag als alleenstaande ouder?
Je ontvangt geen extra toeslag als eenoudergezin in volgende situaties:
- Een kind, dat voor zichzelf gezinsbijslag/kinderbijslag ontvangt, een eigen domicilie heeft, gehuwd is of ontvoogd is, wordt niet beschouwd als alleenstaande ouder.
- Je ontving al een verhoogde wezentoeslag voor 1 januari 2019
- Je ontvangt een vastgeklikt bedrag van € 95,81 en/of € 177,28 voor kinderen geboren voor 1 januari 2019

Hoeveel bedraagt de eenoudertoeslag?
Voldoe je als alleenstaande ouder aan alle voorwaarden en is je kind geboren voor 1 januari 2019?
Je ontvangt voor de kinderen die het vastgeklikt bedrag van € 259,49 ontvangen, een toeslag van € 24,38 bovenop het basisbedrag en de eventuele andere toeslagen (in plaats van de gewone sociale toeslag van € 5,30 ).
Heb je kinderen geboren voor 1 januari 2019 die niet het vastgeklikt basisbedrag van € 259,49 ontvangen, of kinderen geboren vanaf 1 januari 2019?
Dan heb je geen recht op de toeslag als alleenstaande ouder maar kan je wel recht hebben op de gewone sociale toeslag, als je voldoet aan de inkomstenvoorwaarden. Neem alvast een kijkje in onze rubriek sociale toeslagen.
Wat als je kind geplaatst werd?
Wordt je kind opgevangen door een pleeggezin? Dan ontvangt de pleegouder een toeslag wanneer hij of zij alleenstaand is en een beperkt inkomen heeft. Dit bedrag wordt alleen uitgekeerd wanneer je kind geboren is voor 1 januari 2019 en recht heeft op het hoogste basisbedrag van € 259,49.
Werd je kind in een instelling geplaatst? Dan wordt er gekeken aan wie het 1/3 van de kinderbijslag wordt uitbetaald:
- Het 1/3 wordt aan een persoon, meestal de moeder, betaald: de situatie van deze persoon moet aan de voorwaarden van alleenstaande ouder voldoen.
- Het 1/3 wordt op een spaarboekje gestort: hier kunnen enkel de bedragen van de gewone sociale toeslag worden toegekend
Hoe vraag je de toeslag als alleenstaande ouder aan?
Als je wettelijke gezinssituatie wijzigt, verneemt Parentia dit meteen via de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. We sturen je vervolgens een vragenlijst op, waarop je je bruto-inkomsten van het afgelopen jaar per maand moet vermelden. Is je jaarlijkse bruto belastbare gezinsinkomen niet hoger dan € 31.605,89 , dan krijg je een voorlopige toeslag

Met welke belastbare beroepsinkomsten en uitkeringen houden we rekening bij het bepalen van de toeslag?
De beroepsinkomsten en uitkeringen die meetellen voor de berekening van de toeslag:
- lonen (ook dienstencheques)
- uitkeringen voor werkloosheid of na een faillissement, uitkeringen voor ziekte en voor bevallingsrust, uitkeringen voor loopbaanonderbreking of tijdskrediet, uitkeringen voor arbeidsongevallen en voor beroepsziekten, (brug)pensioenen en vergoedingen uit groepsverzekeringen
- PWA-cheques
- vakantiegeld
- opvanguitkeringen voor onthaalouders betaald door de RVA
- netto-inkomsten als zelfstandige (netto belastbaar inkomen x 100/80), beroepsverliezen van zelfstandigen mogen worden afgetrokken van de inkomsten uit andere beroepswerkzaamheden
- verbrekingsvergoedingen: enkel het gedeelte met betrekking tot het betrokken jaar telt mee
- achterstallen: enkel het gedeelte met betrekking tot het betrokken jaar telt mee
- contractuele vergoedingen uit een groepsverzekering van de werkgever wegens ziekte, invaliditeit of een ongeval die een inkomensverlies dekken: enkel de jaarlijkse rente van het betrokken jaar telt mee
- onderhoudsgeld/alimentatie voor de partner: 80% van de ontvangen onderhoudsgelden (80% van de uitbetaalde onderhoudsgelden mag afgetrokken worden van de gezinsinkomen)
- kadastrale inkomsten : inkomsten uit onroerende goederen (KI) vreemd gebruik
- leefloon/equivalent leefloon
Let op: voor vrijwilligerswerk geldt een speciale regeling.

De beroepsinkomsten en uitkeringen die niet meetellen voor de berekening van de toeslag:
- Groeipakket/ kinderbijslag
- maaltijd- en ecocheques
- tegemoetkomingen voor hulp van derden, hulp aan bejaarden, tegemoetkomingen van de Vlaamse zorgverzekering
- onkostenvergoedingen voor onthaalouders betaald door Kind en Gezin
- forfaitaire vergoedingen voor de voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen
- achterstallen die betrekking hebben op een vorig jaar
- verbrekingsvergoedingen voor volgende jaren en vervroegd vakantiegeld
Wanneer ontvang je de eenoudertoeslag?
Als je voldoet aan de volgende voorwaarden kennen we je de toeslag voorlopig toe.
- Je bent een eenoudergezin.
- Je zat minstens 6 maanden tijdens dit kalenderjaar in één van de volgende situaties. Bij een onderzoek op het recht binnen de eerste 6 maanden van het kalenderjaar, wordt er enkel gekeken naar het huidige kalenderjaar, ook al is die periode minder dan 6 maanden.
- Je ontvangt enkel een vervangingsinkomen (werkloosheid of ziekte).
- Je ontvangt een werkloosheidsuitkering en een loon op basis van een deeltijdse tewerkstelling.
- Je bent zelfstandige en je geniet een gelijkstelling aan ziekte waarvoor geen enkele bijdrage werd betaald, of je ontvangt een faillissementsverzekering.
- Je hebt geen socio-professionele activiteit
Aan de hand van het formulier kunnen we nagaan of je recht hebt op een voorlopige toekenning. Op jouw verzoek, of als we een wijziging van je gezins- of beroepssituatie ontvangen, herbekijken we deze voorlopige toekenning.
Wanneer we jouw definitieve inkomsten krijgen van de belastingen, kennen we de toeslag definitief toe. Daarnaast heronderzoeken we de afgelopen periode en betalen we je de toeslag terug als je er recht op had en geen voorlopige toeslag hebt ontvangen.
Wanneer blijkt dat je geen recht had op de voorlopige toeslag, moet je die terugbetalen.