
Wezentoeslag
Als één of beide ouders van een kind dat in Vlaanderen gedomicilieerd is, overleden is/zijn, dan kan er een wezentoeslag boven op het basisbedrag van het Groeipakket (de vroegere kinderbijslag) worden toegekend. Hoeveel de wezentoeslag bedraagt, hangt af van de datum van overlijden. De voorwaarden en bedragen zijn namelijk verschillend bij een overlijden voor of na 2019. Zit je nog met vragen over de wezentoeslag? Hieronder vind je alles wat je moet weten.
Nieuw: De toeslag voor de halfwezen wordt verhoogd. Vanaf januari 2023, betaalbaar rond 8 februari 2023, zal de halfwezentoeslag 80% (i.p.v. 50%) van het basisbedrag bedragen voor kinderen die hun ouders verloren vanaf 1 januari 2019. Dit is een verhoging van € 86,60 naar € 138,56.
Op deze pagina:
Wie heeft recht op wezentoeslag?
Wie ontvangt de wezentoeslag?
Hoe en wanneer de wezentoeslag aanvragen?
Een bijzonder geval: een geadopteerd weeskind
Vanaf wanneer hebben de kinderen recht op wezenbijslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Hoeveel bedraagt de wezenbijslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Wanneer verlies je het recht op verhoogde wezenbijslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Vanaf wanneer hebben de kinderen recht op wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?
Hoeveel bedraagt de wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?
Wanneer verlies je het recht op wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?

Wie heeft recht op wezentoeslag?
Elk wettelijk, erkend of geadopteerd kind dat in Vlaanderen is gedomicilieerd, waarvan minstens één ouder is overleden, heeft recht op wezentoeslag. Ook wanneer een vrederechter de onzekerheid over leven en dood van de ouder(s) vaststelt in een vonnis (‘vermoeden van afwezigheid’), heeft het kind recht op wezentoeslag.
Wie ontvangt de wezentoeslag?
De persoon die de wees opvoedt, ontvangt maandelijks de wezentoeslag. Is de wees ouder dan 16 jaar en woont hij of zij alleen, dan krijgt het kind de wezentoeslag zelf.
Hoe en wanneer de wezentoeslag aanvragen?
Als één of beide ouders komt te overlijden, hoef je zelf geen wezentoeslag aan te vragen. Via de Kruispuntbank wordt Parentia op de hoogte gesteld van het overlijden, waarna de wezentoeslag automatisch wordt uitbetaald. Toch is het aangeraden om Parentia meteen in te lichten over het overlijden van een ouder in België, zodat we de toekenningsprocedure sneller kunnen opstarten.
Werd het vermoeden van afwezigheid van één of beide ouders vastgesteld door de vrederechter? Bezorg Parentia dan zo snel mogelijk een kopie van het vonnis van de vrederechter.
Wanneer kan een 'vermoeden van afwezigheid' worden vastgesteld? De vrederechter kan dit doen indien een persoon sinds meer dan drie maanden niet meer in zijn woon- of verblijfplaats is verschenen en men van hem gedurende ten minste drie maanden geen nieuws meer heeft ontvangen. Hieruit vloeit onzekerheid voort over zijn leven of dood. De vrederechter kan dit vermoeden van afwezigheid vaststellen op verzoek van iedere belanghebbende of van de procureur des Konings.
Zijn één of beide ouders overleden in het buitenland? Bezorg Parentia dan zo snel mogelijk de overlijdensakte(s).

Een bijzonder geval: een geadopteerd weeskind
Bij een gewone adoptie, heeft het kind recht op wezentoeslag bij het overlijden van zowel een biologische als een adoptieouder.
Bij een volle adoptie (het kind heeft geen wettelijke band meer met de natuurlijke ouders) wordt er enkel wezentoeslag toegekend bij het overlijden van een adoptieouder.
Vanaf wanneer heeft het kind recht op wezenbijslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Is een van de ouders overleden vóór 1 januari 2019? Dan kunnen de kinderen recht hebben op wezenbijslag vanaf de maand die volgt op het overlijden.
Hoeveel bedraagt de wezentoeslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Je hebt recht op de verhoogde wezenbijslag vanaf de maand die volgt op de datum van het overlijden. De verhoogde wezenbijslag bedraagt € 390,58 per kind gedomicilieerd in Vlaanderen. Het bedrag kan worden verhoogd met de leeftijdsbijslag en de bijslag voor een gehandicapt kind.
Je ontvangt de verhoogde wezenbijslag zolang de overlevende ouder niet opnieuw huwt of een nieuw gezin vormt. Als dat het geval is, dan ontvang je de normale kinderbijslag. We betalen de oude basisbedragen uit, verhoogd met de leeftijdstoeslag.

Een voorbeeld:
Frans is overleden op 5 juni 2018. Jan en Sofie, zijn kinderen, genieten elk vanaf de maand juli 2018 de verhoogde wezenbijslag.
De kinderen die verhoogde wezenbijslag genieten, komen echter niet in aanmerking om de rang (de plaats) van de andere kinderen in het gezin mee te bepalen en ook niet voor de toeslag als alleenstaande ouder met beperkte inkomsten
Wanneer verlies je het recht op verhoogde wezenbijslag bij een overlijden voor 1 januari 2019?
Als de door de vrederechter vermoedelijk overleden verklaarde ouder terugkomt, stopt het recht op verhoogde wezenbijslag. De kinderen hebben dan opnieuw recht op de gewone kinderbijslag. De oude basisbedragen worden uitbetaald, verhoogd met de leeftijdstoeslag.
Ook als de overlevende ouder hertrouwt of samenwoont dan vervalt het recht op de verhoogde wezenbijslag. Op dat ogenblik zal de gewone kinderbijslag worden toegekend. We betalen de oude basisbedragen uit, verhoogd met de leeftijdstoeslag. Omgekeerd geldt hetzelfde. Een kind heeft opnieuw recht op het verhoogde bedrag als de levende ouder niet langer samenwoont of als het weeskind door de levende ouder is verlaten.

Als de levende ouder, onafhankelijk van zijn of haar familiale situatie, geen contact meer heeft met het weeskind – en dus niet tussenkomt in de opvoedingskosten – dan blijft het recht op betaling van de verhoogde wezenbijslag verworven. De persoon die instaat voor de opvoeding van het kind of het weeskind zelf, zal het bedrag dan ontvangen.
Een voorbeeld:
Frans is overleden op 5 september 2018. Jan (geboren op 2 augustus 2016) en Sofie (geboren op 5 mei 2014), zijn kinderen, wonen bij de moeder die alleenstaande is. Zij ontvangt vanaf 1 oktober 2018 € 390,58 voor Jan en € 390,58 voor Sofie.
Op 2 februari 2019 gaat de moeder samenwonen. Vanaf 1 maart 2019 zal zij € 101,69 ontvangen voor Jan en € 188,16 ontvangen voor Sofie.
Op 9 juni 2019 gaat ze opnieuw alleen wonen met haar 2 kinderen. Vanaf 1 juli 2019 heeft ze opnieuw recht op € 390,58 voor Jan en € 390,58 voor Sofie.
* vermelde bedragen zijn de geindexeerde bedragen vanaf 1 september 2023
Vanaf wanneer hebben de kinderen recht op wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?
Is één van de ouders overleden na 1 januari 2019? Dan hebben de kinderen recht op wezentoeslag vanaf de maand van overlijden of vanaf de datum vermeld in het vonnis van de vrederechter.
Hoeveel bedraagt de wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?
Wanneer één van de (adoptie)ouders overlijdt of vermoedelijk overleden verklaard is door de vrederechter, krijg je maandelijks een wezentoeslag boven op het basisbedrag. Het bedrag van de toeslag varieert naargelang de situatie.
Je hebt recht op de wezentoeslag vanaf de maand van overlijden of vanaf de datum vermeld in het vonnis van de vrederechter.
We betalen een wezentoeslag van € 141,33 boven op het basisbedrag van € 176,66 als één van de (adoptie)ouders is overleden of vermoedelijk overleden is verklaard door de vrederechter. Er kan ook onder bepaalde voorwaarden bijkomend een sociale toeslag worden uitbetaald.

Een voorbeeld:
Vita is geboren op 2 februari 2019. Haar mama Lieve overlijdt op 10 september 2023. Vita woont bij haar papa Filip. Filip zal vanaf 1 oktober 2023 boven op het basisbedrag van € 176,66 een wezentoeslag van € 141,33 per maand ontvangen.
We betalen een wezentoeslag van € 176,65 boven op het basisbedrag van 176,66 als:
- Beide (adoptie)ouders zijn overleden of vermoedelijk afwezig (= vermoedelijk overleden) verklaard door de vrederechter.
- De enige (adoptie)ouder is overleden of vermoedelijk afwezig (= vermoedelijk overleden) verklaard door de vrederecher.
- Het vermoeden van afwezigheid (= vermoedelijk overlijden) van één (adoptie)ouder werd vastgesteld door de vrederechter en de andere (adoptie)ouder al overleden is.
- Het vermoeden van afwezigheid (= vermoedelijk overlijden) van beide (adoptie)ouders wordt vastgesteld door de vrederechter.
Wanneer verlies je het recht op wezentoeslag bij een overlijden vanaf 1 januari 2019?
De kinderen behouden het recht op de wezentoeslag zolang ze recht hebben op het Groeipakket, óók als de levende ouder een nieuw gezin vormt of samenwoont.
Een voorbeeld:
Vita is geboren op 2 februari 2019. Haar mama Lieve overlijdt op 10 september 2023. Vita woont bij haar papa Filip. Filip zal vanaf 1 oktober 2023 boven op het basisbedrag van € 176,66 een wezentoeslag van € 141,33 per maand ontvangen. Filip gaat met zijn vriendin Karin samenwonen op 3 maart 2024. Vita behoudt de wezentoeslag van € 141,33.
Let op: als de vermoedelijke afwezig (= vermoedelijk overleden) verklaarde ouder terugkomt, eindigt het recht op wezentoeslag. De kinderen hebben dan recht op het basisbedrag van € 176,66 als ze onder het Groeipakket vallen.