Het kinderbijslagfonds van je laatste werkgever betaalt je kinderbijslag verder uit. De instelling die je uitkeringen uitbetaalt stuurt alle nodige gegevens door via de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Als het niet over alle gegevens beschikt, dan neemt het rechtstreeks met jou contact op om je activiteit te kennen. Personen die een uitkering voor een handicap ontvangen, bezorgen hun kinderbijslagfonds een attest van de erkenning als gehandicapte persoon door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid.
Tijdens de eerste 6 maanden van arbeidsongeschiktheid, heb je recht op de gewone kinderbijslag als werknemer.
Vanaf de 7e maand, kan je genieten van een sociale toeslag voor de kinderen in je gezin op voorwaarde dat je gezinsinkomen een bepaalde grens niet overschrijdt. Je kinderbijslagfonds kent de toeslag automatisch voorlopig toe aan eenoudergezinnen zonder of met geringe beroepsinkomsten. In de andere gevallen weigert het de toeslag automatisch voorlopig en voegt het bij de weigering een verklaring op eer (model S) waarmee je je mogelijk recht opnieuw kan laten onderzoeken . Stuur die documenten meteen terug naar je kinderbijslagfonds om je rechten te vrijwaren.
Het recht op de verhoogde kinderbijslag wordt per trimester toegekend:
- Als je voor de eerste maal dit recht opent, dan ontvang je de toeslag vanaf de maand die volgt op de maand waarin je aan alle voorwaarden voldoet en je behoudt dit recht tot op het einde van het volgende trimester (voor zover je gezinssituatie niet verandert).
Een voorbeeld
Frans is ziek sinds 1 januari 2017. Na zes maanden ononderbroken arbeidsongeschiktheid, bereikt hij zijn 7de maand ziekte op 1 juli 2017. Als de gezinsinkomsten de toegelaten grens niet te boven gaan, dan maakt hij aanspraak op een sociale toeslag vanaf 1 augustus 2017 (uitbetaald in september) tot eind december 2017.
- Je behoudt dit recht op een toeslag voor de volgende trimesters zolang er geen onderbreking is in je ziekteprestaties. Tijdens het eerste jaar arbeidsongeschiktheid, vormt een hervalling binnen de 14 dagen na het einde van de ziekte geen onderbreking. Na 1 jaar ongeschiktheid, wordt de periode van 14 dagen op drie maanden gebracht. Een onderbreking houdt in dat er een nieuwe periode van 6 maanden vergoede arbeidsongeschiktheid vereist is om opnieuw recht te hebben op de sociale toeslag.
Een voorbeeld
Frans heeft recht op de verhoogde kinderbijslag als invalide sinds 1 maart 2017. Tot 30 juni 2017 heeft hij recht op die toeslag. Zijn ziekteprestaties van de maand mei verlengen dit recht tot 30 september 2017. Op 10 juni 2017 begint hij te werken. De verhoogde kinderbijslag eindigt op 30 september 2017. Frans hervalt op 5 juli 2017 (= meer dan 14 dagen na zijn werkhervatting). Hij moet een nieuwe periode van 6 maanden doorlopen om opnieuw de verhoogde kinderbijslag te kunnen ontvangen.
Om een hoger bedrag te kunnen ontvangen voor een of meer kinderen, kan de persoon die bij voorrang het recht op kinderbijslag opent, zijn recht ambtshalve verliezen, onder bepaalde voorwaarden, aan een arbeidsongeschikte werknemer.